Pastoraat • Aansluiten en aanlopen

Contextueel

Onontkoombaar heeft ieder mens een eigen referentiekader. Beïnvloed en aangelegd door elementen zoals opvoeding, familieverband, levensbeschouwing en geloofsopvatting. In ruimere context zou daar de cultuur waarin men leeft aan toegevoegd kunnen worden. De cultuur van geloof, normen, waarden, taal en omgangsvormen. De context waarin wordt geleefd en waarnaar wordt gehandeld.

In het algemene gaat bij het begrip cultuur om algemeen aanvaarde normen en waarden, gewoonten en gebruiken, tradities die van generatie op generatie is doorgegeven en een samenleving en een gemeenschap heeft gevormd, zekerheden en houvast geven, die de gemeenschap in stand heeft gehouden.

Sociale controle

Sociale controle kan behoren tot de cultuur van een kleine gemeenschap. Zo wordt voor elkaar gezorgd, zo houden mensen elkaar bijeen en in toom, blijven verbanden bestaan. Lidmaatschap van de dorps- maar ook van de korfbal- of de personeelsvereniging kan daar onderdeel van zijn. Dat laat weten dat je erbij hoort en wilt horen.

Niets teveel gezegd, dat de ‘dorpkerk’ en het ‘dorpshuis’ of de ‘dorpskern’ ook die rol kan vervullen. Ook wanneer het dorp een stad is. In het verlengde daarvan kan ook over familie- en organisatieculturen worden gesproken. En kan het gaan over een jongerencultuur. ‘Zo zijn onze manieren’. Zonder het altijd bewust te zijn in het belang van de groep, en van het individu wordt deel uitgemaakt van een cultuur.

Cultuur

Het woord ‘cultuur’ betekent zowel ‘het bewerken van grond’ maar ook ‘bebouwing’, ‘beschaving’ en ‘kweek’. Het woord ‘cultuur’ stamt af van het Latijnse woord ‘colonia’. Waarin het woord ‘kolonie’ klinkt.

In het Romeinse rijk betekende ‘colonia’ een stad in het bijzonder gesticht en bevolkt met de bedoeling om het omliggende land te bebouwen, en om het rijk te versterken. In de recente geschiedenis wordt onder een kolonie een volksplanting verstaan, die geregeerd wordt door een elders liggende staat of zich bevindend koninkrijk. Zoals de ‘overzeese koloniën.

Ook past het woord bij de te ontginnen veenkoloniën in Drente en Groningen. Het woord colonia is dan ook afgeleid van een Latijns werkwoord ‘colere’ dat verzorgen, bebouwen betekende. Waarin ook het woord ‘kleur’ en ‘folklore’ is te herkennen, en ‘colour locale’. Denk ook aan het gezegde ‘Twee geloven op één kussen, daar slaapt de duivel tussen’. Dat is volkswijsheid, gaande over geloofs- en daarmee ook over cultuurverschillen.

Geloofsopvattingen

Zo zal ook een pastoraal werkende een zekere ‘geloofscultuur’ en ‘geloofskleur’ met zich meedragen. Zoveel kerken, zoveel kleuren, zoveel geloven, zoveel geuren. Die niet per definitie dezelfde zal zijn als de gesprekspartner in de ontmoeting. Komende uit verschillende geloofstradities kan er verschil zijn in de bediening van de sacramenten, of in de samenzang, variërend van Psalmen en gezangen, hymnen en liederen uit Opwekking of van Taizè.

Denk aan 1 Korintiërs 1 vers 12 waar Paulus schrijft: ‘Ik bedoel dat de een zegt: “Ik ben van Paulus,” een ander: “Ik van Apollos,” een derde: “Ik van Kefas,” en een vierde: “van Christus.”‘ Niets nieuws onder de zon! Al zal de basis universeel zijn, maar ook gebaseerd op dezelfde grond en stam. Zoals het christelijk geloof in de God van Abraham, Isaak en Jakob, in Jezus Christus en in de Heilige Geest, en de Bijbel, de Schrift als het Woord van God, er kunnen en zullen verschillen, grote verschillen zijn. Tekenend voor de onuitputtelijke rijkdom, en ongelofelijke reikwijdte van het christelijk geloof! Één in Christus.

Geloofstaal, kleur en geur

Desondanks kan het geloof zich uiten in vertrouwd en openhartig over Jezus spreken, terwijl de pastor het meer eigen is om terughoudend en bedenkelijk te spreken over de HEERE. Kan de één grote waarde hechten aan het Woord, de ander juist aan de Geest. De één levende vanuit en lerende de vreze des HERE, de ander vol van de Heilige Geest. De één vanuit de Wet en Gods rechtvaardigheid, de ander vanuit diens genade en de verzoening. Waarbij de één waarde leeft bij de protestante sacramenten, de ander bij die van het katholieke geloof. Door alles heen één in Christus.

Maar er kunnen ook geloofsopvattingen klinken die de pastor tegenstaan, bij orthodoxie of vrijzinnigheid. Of bij stellingen die indruisen tegen de opvattingen van waar de pastor. Niets menselijks is de pastor vreemd. Ook kan aangelopen worden tegen sektarische niet-Bijbelse opvattingen, confrontatie met extremisme, geloofsfanatisme, vermenging van religies, complotdenken.

Pastorale benadering

Hoe daarin te gaan staan? Je laten verleiden tot discussie? Door te discussiëren leren mensen elkaar wel kennen, laten mensen zichzelf kennen. Maar leren discussiërende mensen God kennen? Hoe dan? Het verschil in opvatting laten rusten? Kans dat het leidt tot langs elkaar heen gaan praten en omzeilen. Waarbij een zwijgen kan worden opgevat als instemmen. Zou het verzwijgen kunnen leiden tot Gods zegen?

Wellicht dan toch de vraag stellen: ‘Hoe zie jij dat? Wat kun je ermee?’ En verder:  ‘Dit verschilt wel met Bijbelse woorden’ of ‘Wanneer ik denk aan Jezus, die ontmoette eens iemand die (…)’

Aanlopen tegen onbegrip

In het verhaal van de Emmaüsgangers is er aanvankelijk ook een kloof. Gaandeweg  weten zowel de leerlingen en Jezus elkaar te verstaan, wanneer de leerlingen hun teleurstellingen onder woorden brengen en wanneer Jezus de Schriften uitlegt, en later wanneer Jezus het brood breekt en de zegen, het gebed uitspreekt. Qua geloofsopvatting en rituelen bevinden zowel de leerlingen als Jezus op één lijn. Maar de crisis van de leerlingen, hun trauma, verdriet en teleurstelling, hun in de grond geboorde hoop vormt aanvankelijk de kloof. ‘Begrijpt u dan niet wat er gebeurt is …?’

Lucas 24:13-19

Diezelfde dag gingen twee van de leerlingen op weg naar Emmaüs, een dorp dat zestig stadie van Jeruzalem verwijderd ligt. Ze spraken met elkaar over alles wat er was voorgevallen. Terwijl ze zo met elkaar in gesprek waren, kwam Jezus zelf naar hen toe en liep met hen mee, maar hun blik werd vertroebeld, zodat ze Hem niet herkenden. Hij vroeg hun: ‘Waar lopen jullie toch over te praten?’ Daarop bleven ze somber gestemd staan. Een van hen, die Kleopas heette, antwoordde: ‘Bent U dan de enige vreemdeling in Jeruzalem die niet weet wat daar deze dagen gebeurd is?’ Jezus vroeg hun: ‘Wat dan?’

De Schrift en de liturgie

Wat Jezus daarop doet is hen de Schriften uitleggen. De Schriften die hen vertrouwd zijn, de woorden die zij kennen. En daarop volgend het ritueel, de liturgie die zij verstaan. Waarop hun ogen en hun hart worden geopend voor het diepere verstaan. ‘Brandde ons hart niet toen Hij onderweg met ons sprak en de Schriften voor ons ontsloot?’ De gebeurtenissen werden door Jezus verklaard, geplaatst in het licht van de Schrift, en bevestigd door vertrouwde rituelen. Waarop houvast en zekerheid werd verkregen.

Humor in het pastoraat

Een andere vorm is het het toepassen van prikkelende humor, min of meer provocatief met gevoel voor de toelaatbaarheid, met een knipoog zeggende dat er wel wat verschillen zijn in opvatting. In coachingstrajecten wordt dit ‘provocatief coachen’ genoemd, erop gericht om vastgelopen patronen te doorbreken, door middel van humor, verbinding en verwondering.

Hier kan de term ‘provocatief pastoraat’ aan worden toegevoegd: aansluiten bij de ander, juist door tegendraads zijn, een milde vorm van confrontatie: ‘Volgens mij meen je er helemaal niets van …’ of tot iemand met sombere gedachten ‘Jij bent toch het zonnetje in huis?’ Denk ook aan de songtekst ‘De Bom valt nooit’ gezongen door Herman van Veen. Zie hier een aantal inspirerende artikelen over provocatief pastoraat!

In het pastoraat, anders dan bij therapie, zijn mensen niet bij jou als pastor in behandeling om te veranderen. Vaak willen mensen helemaal niet veranderen, maar hopen we dat de wereld om ons heen dat wel doet.

Marieke Sillevis Smitt, pastor

Provocatie in het pastoraat

Een ander voorbeeld is het Bijbelverhaal van Paulus die de leden van de Areopagus in Athene (Handelingen 17:22-33) aanspreekt over de goden en godsbeelden. In Athene wordt gefilosofeerd, wijsbegeerte geleerd, gediscussieerd. De Areapagus staat bekend als de plaats waar wordt recht gesproken. Waar Paulus ter verantwoording wordt geroepen over de leer die hij verkondigd. De aanleiding is een discussie met epicurische en stoïsche wijsgeren. Niet direct een pastorale context van begrip en empathie, maar wel een kans tot aansluitende en tegelijk prikkelende verkondiging: ‘Ik zie hoe godsdienstig u bent, wel, laat ik dat nu ook zijn’. Een andere handreiking voor de pastorale provocatie is te vinden bij Jezus in gesprek met Nicodemus.

Johannes 3:8-10

De wind waait waarheen hij wil; je hoort zijn geluid, maar je weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen gaat. Zo is het ook met iedereen die uit de Geest geboren is.’ 9 ‘Maar hoe kan dat?’ vroeg Nikodemus. ‘Begrijpt u dit niet,’ zei Jezus, ‘terwijl u een leraar van Israël bent?

Wrijving geeft warmte en glans

Over langs elkaar heen schurende, bijna botsende culturen gesproken: de ontmoeting van Jezus van Nazareth met de Samaritaanse vrouw bij Sichar is daarvan een indrukwekkend voorbeeld. Waarbij er een kloof is die zowel Jezus als de Samaritaanse vrouw.

Een uitleg zou kunnen zijn dat Jezus bij de bron ‘provocatie in het pastoraat’ bedrijft. De Samaritaanse vrouw bevindt zich in een vastgelopen patroon, de ene relatie volgt de andere op, ze hecht zich en raakt weer los. Wat doet Jezus? Ze vraagt naar haar man!

En voorafgaand vraagt Jezus of zij water voor Hem wil ophalen. Binnen de context van de cultuur zou dat bedenkelijk zijn, legt de evangelist Johannes uit. Het cultuurverschil confronteert. Waarna de gloed en glans van de ontmoeting zich hartverwarmend wil verspreiden over Sichem!

Johannes 4:7-9 en 16-18

Jezus zei tegen haar: ‘Geef Mij wat te drinken.’ Zijn leerlingen waren namelijk naar de stad gegaan om eten te kopen. De vrouw antwoordde: ‘Hoe kunt U, als Jood, mij om drinken vragen? Ik ben immers een Samaritaanse!’ (Joden gaan namelijk niet met Samaritanen om).

Toen zei Jezus tegen haar: ‘Ga uw man eens roepen en kom dan weer terug.’‘Ik heb geen man,’ zei de vrouw. ‘U hebt gelijk als u zegt dat u geen man hebt,’ zei Jezus, ‘u hebt vijf mannen gehad, en degene die u nu hebt is uw man niet. Wat u zegt is waar.’

Zie ook provocatief pastoraat

Geef een antwoord

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Abonneren